De misdadiger uit Exloermond

De wereld was begonnen zijn bakens uit te zetten,
de man aan zijn eerste leugen gebarsten.
Het gezicht zachtjes naar het westen gekeerd. Vormloos,
stoppelresten op de plaatsen die hij zo verafschuwt.
Beschuldigd van ontrouw, laster en vernieling.

De maag een woeste omgeving van gerst met gierst,
pap en groente. Het verlangen niet hier te zijn
neemt toe en leg verbanden die er niet zijn.
De voortgang van een gewone dag.

Volg de cirkelgang van de aarde:
stof ben je en tot veen keer je weer.

De tijd zal hem in het gelijk stellen.
Bezinksel van het geheugen, het najaar van stilte.


© Luuk van Zutphen